A review by bjornroose
Afscheidswals by Milan Kundera

5.0

Het is nog niet eens zo lang geleden dat ik een ander boek van Milan Kundera, met name Onwetendheid (https://bjornroosebespreekt.blogspot.com/2024/02/onwetendheid-milan-kundera.html), besprak, dus zal ik de vorig jaar overleden auteur niet opnieuw aan u voorstellen. Het is echter wél al een tijdje geleden dat ik dit boek, Afscheidswals, gelezen heb. Niet zo lang als het geleden is dat ik Onwetendheid besprak uiteraard, zó goed houd ik de volgorde van mijn besprekingen nog wel aan, maar toch van tijdens de laatste helft van mijn zomerverlof, ‘t is te zeggen, in de eerste paar weken van augustus. Omdat ik behalve met het publiceren van boekbesprekingen (waarin ik een achterstand van verschillende maanden heb) ook wat achter ben met het bespreken zelf (op dit moment liggen er nog drie ‘af te handelen’ exemplaren op mijn bureau), én extra vertraging opgelopen heb door het afscheid dat ik nam van mijn vorige werkgever en mijn entrée bij de volgende. Een vertraging die het personage, of toch een van de personages, rond wie de Afscheidswals draait, óók oploopt, al is er dan in het geval van mijn afscheid géén dode gevallen (ongeacht het antwoord op de vraag of het om doodslag of moord, eventueel à la Raskolnikov, gaat), kwam er weinig dramatiek bij te pas, en heeft de voorbije week voor mij aangetoond dat er na elk einde (zoals verhoopt) een nieuw begin komt, iets wat toch ook nog uit de laatste korte hoofdstukken van Afscheidswals blijkt, althans voor een aantal van de personages. 

De tekst op de achterflap van mijn in 1991 bij Agathon/Ambo uitgegeven exemplaar (de oorspronkelijke, nog in het Tsjechisch geschreven, versie verscheen in 1972) is, vooral door de gehanteerde formuleringen, een beetje kort door de bocht, ze houdt pistes die in het boek mogelijk zijn zonder meer voor werkelijke pistes en negeert andere totaal, maar inhoudelijk kan ik het toch niet veel beter samenvatten, dus neem ik ze graag even over: “De verpleegster Růžena ziet in de seksualiteit een mogelijkheid om zichzelf te bevrijden. Ze beeldt zich in dat ze zwanger is van de beroemde trompettist Klíma, maar al snel blijkt dat de vrijheid waarnaar zij verlangt, noch die welke hij wil behouden, bestaat. Terwijl zij hun spel van list en bedrog spelen, worden het ongewilde vaderschap en het gewenste moederschap twee oncontroleerbare krachten die het leven van iedereen gaan beheersen. Ieder doet al het mogelijke om het lot te manipuleren, zoals dokter Škréta, die het algemeen welzijn dient door de zogenaamde onvruchtbare vrouwen die voor behandeling in zijn kliniek komen, te injecteren met zijn sperma. De personages worden achtervolgd door spijt over verloren kansen, maar zodra ze er een keer in slagen een kans te grijpen, blijkt de oorspronkelijke inhoud ervan verdwenen. Alle figuren leven in een klucht waaruit ze niet kunnen ontsnappen.” 

Wie daaruit bijvoorbeeld zou afleiden dat Růžena niet écht zwanger is, iets waar genoemde Klíma op een zeker moment van uitgaat, zit er naast, want dat is ze wel. Wie er van uit gaat dat ze het niet van hem is, kan zich ter zake beroepen op de kansberekening, iets wat Klíma eveneens doet, maar krijgt daarover geen zekerheid. Wie het boek leest, zal echter in ieder geval merken dat het behalve een drama ook ‘gewoon’ spannend is, en dat ik hem door dit boek ter lezing aan te raden géén deprimerend stuk literatuur (een stuk van zo’n tweehonderdtwintig bladzijden dan nog) in de maag heb gesplitst. Of in ieder geval niet voor wie er geen behoefte aan voelt verder onder de oppervlakte te gaan kijken. Zoals de Engelstalige Wikipedia immers weet te melden (https://en.wikipedia.org/wiki/The_Farewell_Waltz): “Zoals de meeste van Kundera’s werken is Afscheidswals een boek met veel lagen. Aan de oppervlakte is het een komedie of een burleske. Maar die komedie is alleen maar de bovenkant van het verhaal dat veel donkerder en meer ambigue tonen bevat.” 

Over de inhoud verkies ik niet te veel weg te geven - wie echt meer wil weten, verwijs ik weerom graag naar de Engelstalige Wikipedia -, maar ik kan wel zeggen dat de hele actie zich afspeelt over vijf dagen (de hoofdstukken zijn dan ook Eerste dag, Tweede dag, enzovoort gedoopt) en wel in een Tsjechische badplaats. Niet zoiets als Františkovy Lázně, Mariánské Lázně, of Karlovy Vary (Karlsbad), een badplaats waar de bezoeker ook nu nog (ik was er twee jaar geleden) de gevolgen van de neergang onder het communistisch regime kan waarnemen, al is er dan veel ondernomen om die te stoppen en terug te draaien, maar iets kleiners, provincialers, geschikters om in mineur afscheid van te nemen. Gewoon iets – al ken ik na drie reizen naar Tsjechië het land niet goed genoeg om een expert te zijn of me er als een voor te doen - Tsjechischer eigenlijk. Geen Praag, geen bombast, geen uitbundigheid, niet eens iets dat echt bibbert van de kou of stooft in de zon, simpelweg iets dat ook vanzelf langzaam zal verdwijnen en dát in tegenstelling tot de communistische dictaturen in Midden- en Oost-Europa die quasi overnight de geest gaven, maar toen Kundera (die pas een paar jaar later definitief naar Frankrijk zou verkassen) dit verhaal schreef nog springlevend waren en dus ook – veelal in een van de genoemde diepere lagen, maar soms direct in beeld – in dit verhaal opduiken: “‘Vervloekt socialisme,’ liet Klíma zich daarna ontvallen. ‘Hoezo?’ ‘Ach, hou toch op. Ze dwingen ons steeds om gratis op te treden. De ene keer ten bate van de strijd tegen het imperialisme, de andere keer voor een herdenking van de revolutie, de derde keer op de verjaardag van een of andere potentaat – en als ik niet wil dat ze ons opheffen, dan moet ik met alles instemmen (…)’”. 

“Kundera zag zichzelf”, lees ik op Unherd (https://unherd.com/2023/07/milan-kunderas-last-joke/), “nooit als een politiek man, als een moralist, een liberaal, een conservatief, of als een auteur van teksten waarvan de hoogste bestemming was in filmscripts te worden omgezet. Hij was simpelweg een verteller.” Dat kan kloppen, hij – die overigens ook, zoals het een postmodernist betaamt, regelmatig zelf tussenkomt in zijn verhaal en bijvoorbeeld commentaar levert op de personages die hij per slot van rekening zelf heeft geschapen, soms zelfs in de vorm van verschillende mogelijke redenen waarom ze op een bepaalde manier handelen - laat wel zo’n beetje alle klokken luiden waar het het eventueel gewelddadig beëindigen van Růžena’s zwangerschap betreft, maar ik kon toch wel het standpunt van de Amerikaan Bertlef ter zake waarderen: “Moord is een woord dat te veel naar de elektrische stoel riekt (…) Het gaat om iets anders. Kijk, ik vind dat je het leven in alle facetten moet aanvaarden. Dat is het allereerste gebod, nog vóór de tien geboden. Alle gebeurtenissen liggen in Gods handen en van ons lot weten we niets af – waarmee ik wil zeggen dat het leven in al zijn facetten aanvaarden betekent het onvoorziene aanvaarden. En een kind is het onvoorziene bij uitstek. Een kind is de onvoorzienigheid zelve. U weet niet wat ervan wordt, wat het u zal brengen, en juist daarom moet u het aanvaarden. Anders leeft u maar half, anders leeft u maar als iemand die niet kan zwemmen en aan de rand van de zee pootjebaadt, hoewel de werkelijke zee alleen de diepte is.” Terwijl ik overigens ook zeer goed kan (bad pun intended) leven met het standpunt van personage Jakub, degene die afscheid komt nemen, over de ultieme zelfbeschikking (met dien verstande dat ik niet vind dat een ander op de een of andere manier kan gedwongen worden te helpen bij de uitvoering daarvan): “Toen ik destijds een jaar in de gevangenis had doorgebracht, begreep ik één ding. Een mens moet altijd ten minste één zekerheid hebben: dat hij de baas blijft over zijn dood en dat hij het tijdstip en de wijze waarop zelf zal kunnen bepalen. Wanneer je deze zekerheid hebt, kun je heel veel verdragen. Je weet altijd dat je kunt ontvluchten op het moment dat je uitkiest.” Maar goed, Jakub zegt en denkt dan ook wel méér verstandige dingen: “Het joeg Jakub altijd angst aan dat degenen die toekijken bereid zijn de beul te helpen het slachtoffer vast te houden. Want de beul is in de loop van de tijd veranderd in een huiselijke en vertrouwde figuur, terwijl een vervolgde enigszins naar aristocratie ruikt. De ziel van de massa die zich vroeger met vervolgde ellendigen identificeerde, identificeert zich vandaag met de ellende van de vervolgers. Want mensenjacht is in onze eeuw een jacht op bevoorrechten: op hen die boeken lezen of een hond hebben.” Om dat van die hond te begrijpen, moet u ‘helaas’ het boek lezen, maar bij de rest van die uitleg heeft u allicht geen prentjes nodig, net zomin als bij deze (tegen dat u dit leest, zijn de verkiezingen overal in Europa wel zo’n beetje weer voorbij voor even, maar de uitspraak blijft kloppen): “(…) politiek is in het leven het minst essentiële en het minst waardevolle. Politiek is het smerige schuim op de rivier, terwijl het echte leven van de rivier zich veel dieper afspeelt.” 


Soit, ik haal er maar een paar dingetjes uit, dingen uit de diepte van de rivier misschien, al kan het ook schuim zijn, maar kan u, zoals eerder aangegeven, zeker lezing van deze Afscheidswals van Milan Kundera aanbevelen. Als het al geen kennismaking is, dan zal u in ieder geval van dit afscheid geen spijt krijgen. 


Björn Roose